DE BASISVEREISTEN VAN EEN VEILIGHEIDSSCHOEN

Dit houdt de EN ISO 20345-norm voor veiligheidsschoenen in

Alle veiligheidsschoenen op de Europese markt moeten voldoen aan de norm voor veiligheidsschoenen EN ISO 20345

Deze markering moet op de schoenen worden aangebracht om te bevestigen dat de schoenen aan de eisen voldoen. Veiligheidsschoenen moeten een beschermende neus hebben die je beschermt tegen stoten met een energie van 200 joule. De EN ISO 20345-norm gaat over:

  • De basiseisen (SB) die verplicht zijn voor het krijgen van de norm.
  • Niet-verplichte eisen die overeenstemmen met specifieke toepassingen van veiligheidsschoenen.
  • De aanduidingen SB, SBP, S1, S1P, S2 en S3 die zijn gecreëerd om de normen leesbaarder te maken.
  • De eisen voor slipweerstand SRA, SRB en SRC.

In dit artikel leggen we zo goed mogelijk uit hoe de Europese norm EN ISO 20345 precies werkt.

De basisvereisten (SB)

De basisvereisten van een veiligheidsschoen zijn verzameld achter de SB-markering. Een fabrikant die aan alle onderstaande eisen voldoet, kan zijn schoen als ‘veiligheidsschoen’ beschouwen en ze met deze markering op de markt brengen.

Hieronder staan de eisen waar veiligheidsschoenen aan moeten voldoen om het SB-keurmerk te krijgen. Ze bestaan uit de beschermende neus, het bovendeel, de bovenzijde/zool, de binnenzool en de buitenzool.

De beschermende neus

Het doel van de beschermende neus is de tenen te beschermen tegen vallende voorwerpen. Om aan de basisvereisten voor veiligheidsschoenen (SB) te voldoen, moet de veiligheidsneus zo in de schoen zitten dat hij niet kan worden verwijderd. Het materiaal van de veiligheidsneus is niet van belang, zolang het de volgende tests maar doorstaat:

De veiligheidsneus moet een stootweerstand bieden die overeenkomt met 200 joule, wat overeenkomt met een voorwerp van 20 kg dat van een hoogte van 1 meter valt. Na de test wordt er gekeken hoeveel ruimte er tussen de ‘voet’ en de veiligheidsneus over is. Bij een schoen met maat 42 moet er bijvoorbeeld na de impacttest nog minstens 14 mm onder de neus over zijn.

De neus-kap moet ook een verbrijzeling-test doorstaan met een belasting van 1500daN tijdens continue druk. Dit is hetzelfde principe als bij de botsproef. Hierbij kijken we naar de resterende hoogte onder de punt. De neus-kap moet ook voldoen aan bepaalde diepte-, breedte- en lengtematen.

EN ISO 20345

Het bovendeel

Het bovendeel is het bovenste gedeelte van de schoen, oftewel de schoen zonder de zool. De tests die op het bovendeel worden uitgevoerd om de basiseisen voor veiligheidsschoenen (SB) te krijgen, focussen zich op de materialen. De boven-materialen moeten bijvoorbeeld slijtage-, scheur- en buigtests, tests op chemische samenstelling en permeabiliteit doorstaan.

Bovenzijde/zool

Veiligheidsschoenen krijgen soms te maken met een ruwe behandeling. Ze komen in aanraking met modder, schoonmaakmiddelen, haken etc. In de basiseisen (SB) van de norm voor veiligheidsschoenen wordt daarom de scheurvastheid tussen het bovendeel en de zool getest.

De binnenzool

Net als het bovendeel wordt de binnenzool getest op slijtage en chemische inhoud om aan de basisvereisten te voldoen.

De buitenzool

De buitenzool wordt ook getest met behulp van buig-, slijtage- en sliptesten. De sliptest bewijst dat de zool je beschermt tegen uitglijden op keramische (SRA) en stalen (SRB) vloeren. Verderop in dit artikel vindt je meer details over de sliptest.

Comfort- en ergonomie-tests

Naast het feit dat veiligheidsschoenen je beschermen, moeten ze ook comfortabel zijn. Daarom worden er ook ergonomische en veiligheidstest uitgevoerd om te kijken of een veiligheidsschoen zowel veilig als comfortabel is.

basisvereisten

Aanvullende eisen van de EN ISO 20345-norm

Veiligheidsschoenen zijn in de loop der jaren aangepast aan de behoeften van gebruikers. Aan de EN ISO 20345-norm zijn daarom aanvullende eisen toegevoegd. Hieronder vind je de lijst van deze extra eisen.

A: Antistatisch
AN: Malleolaire bescherming
CI: Isolatie van de zool tegen kou
CR: Snijweerstand
E: Energieabsorptie-capaciteit van de hiel
FO: Koolwaterstof-bestendigheid van de buitenzool
HI: Isolatie van de zool tegen warmte
HRO: Hittebestendigheid van de buitenzool
M: Metatarsale bescherming
P: Weerstand tegen doorprikken
WR: Weerstand tegen het binnendringen van water in de hele schoen
WRU: bestand tegen indringing en waterabsorptie van bovenliggende materialen

De SBP, S1, S1P, S2 en S3 markeringen

Al snel ontstonden er voor elke omgeving specifieke ‘profielen’ van schoenen en werden er merktekens gecreëerd. Dit zijn normen geworden waarmee je snel een type schoen en een beschermingsniveau kan herkennen.

Markeringsvoorschriften

  • SB (basisvereisten)
    Slagvastheid teen (200 joule)
  • Drukweerstand van de neuskap (1500daN)
  • Sterkte- kwaliteits-, ergonomie- en comfort-eisen

SBP

De SBP-vereisten zijn alle SB-vereisten inclusief de perforatie-weerstand (P).

S1

De S1-vereisten zijn alle SB-vereisten inclusief gesloten rug, antistatisch (A), energieabsorptie van de hiel (E) en koolwaterstof weerstand (FO). Zie hier ons aanbod werkschoenen S1.

S1P

De S1P-vereisten zijn alle S1-vereisten inclusief perforatie-weerstand (P). Zie hier ons aanbod werkschoenen S1P.

S2

De S2-vereisten zijn alle S1-vereisten inclusief weerstand tegen indringing van absorptie van water (WRU). Bekijk onze werkschoenen S2

S3

De S3-vereisten zijn alle S2-vereisten inclusief perforatie-weerstand (P) en een geïsoleerde buitenzool.

De perforatie-weerstand (P) is een belangrijke vereiste geworden. Daarom zijn er nu meer S1P dan S1 modellen. Hetzelfde geldt voor SBP-modellen, die vaker voorkomen dan SB. Bekijk onze werkschoenen S3.

De eisen voor slipweerstand SRA, SRB en SRC

Naast de eerder genoemde aanvullende eisen worden de prestaties van de buitenzool op het gebied van slipweerstand weergegeven door de markeringen SRA, SRB en SRC

SRA

Bij SRA is de slipweerstand getest op een keramische vloer met toevoeging van natriumlaurylsulfaat (NaLS), dat kan worden beschouwd als een reinigingsmiddel.

Vereisten bij SRA:

  • Hak naar voren: eis van de norm is 0,28 of hoger.
  • Vlak naar voren: eis van de norm is 0,32 of hoger.

SRB

Bij SRB is de slipweerstand getest op een stalen vloer met toevoeging van glycerine, dat kan worden beschouwd als olie.

Vereisten voor SRB:

  • Hak naar voren: eis van de norm is 0,13 of hoger.
  • Vlak naar voren: eis van de norm is 0,18 of hoger.

SRC = SRA+SRB

Bij SRC worden de SRA- en SRB-tests op dezelfde manier uitgevoerd, maar met verschillende verwachtingen van de resultaten.

In beide gevallen wordt de schoen gekanteld tot een hoek van 7° en vervolgens onderworpen aan een kracht van 500 N, met toevoeging van natriumlaurylsulfaat (SRA) of glycerine (SRB).

Om de basisnorm (SB) te krijgen, moet een van de twee markeringen SRA of SRB worden verkregen. Daarom wordt slipweerstand als een basisvereiste beschouwd, tenzij de schoen een specifiek model is met spikes, metalen noppen etc. Veiligheidsschoenen met een zogenaamde ‘traditionele’ zool moeten ten minste voldoen aan de slipweerstand-normen SRA of SRB.

Wanneer moet je welke schoen kiezen?

De risico’s van de omgeving van de werknemer moeten worden geanalyseerd om de juiste persoonlijke beschermingsmiddelen te kunnen kiezen en zo onnodige over-bescherming te vermijden. Hiervoor is een gesprek tussen de drager, de werkgever en de leverancier belangrijk.

De keuze van uw veiligheidsschoen

Veelgestelde vragen

De basisvereisten (SB)

De basisvereisten van een veiligheidsschoen zijn verzameld achter de SB-markering. Een fabrikant die aan alle onderstaande eisen voldoet, kan zijn schoen als ‘veiligheidsschoen’ beschouwen en ze met deze markering op de markt brengen.

De beschermende neus

Het doel van de beschermende neus is de tenen te beschermen tegen vallende voorwerpen. Om aan de basisvereisten voor veiligheidsschoenen (SB) te voldoen, moet de veiligheidsneus zo in de schoen zitten dat hij niet kan worden verwijderd. Het materiaal van de veiligheidsneus is niet van belang, zolang het de volgende tests maar doorstaat:

Het bovendeel

Het bovendeel is het bovenste gedeelte van de schoen, oftewel de schoen zonder de zool. De tests die op het bovendeel worden uitgevoerd om de basiseisen voor veiligheidsschoenen (SB) te krijgen, focussen zich op de materialen. De boven-materialen moeten bijvoorbeeld slijtage-, scheur- en buigtests, tests op chemische samenstelling en permeabiliteit doorstaan.

Bovenzijde/zool

Veiligheidsschoenen krijgen soms te maken met een ruwe behandeling. Ze komen in aanraking met modder, schoonmaakmiddelen, haken etc. In de basiseisen (SB) van de norm voor veiligheidsschoenen wordt daarom de scheurvastheid tussen het bovendeel en de zool getest.

De binnenzool

Net als het bovendeel wordt de binnenzool getest op slijtage en chemische inhoud om aan de basisvereisten te voldoen.

De buitenzool

De buitenzool wordt ook getest met behulp van buig-, slijtage- en sliptesten. De sliptest bewijst dat de zool je beschermt tegen uitglijden op keramische (SRA) en stalen (SRB) vloeren. Verderop in dit artikel vindt je meer details over de sliptest.

Comfort- en ergonomie-tests

Naast het feit dat veiligheidsschoenen je beschermen, moeten ze ook comfortabel zijn. Daarom worden er ook ergonomische en veiligheidstest uitgevoerd om te kijken of een veiligheidsschoen zowel veilig als comfortabel is.

 
Aanvullende eisen van de EN ISO 20345-norm

Veiligheidsschoenen zijn in de loop der jaren aangepast aan de behoeften van gebruikers. Aan de EN ISO 20345-norm zijn daarom aanvullende eisen toegevoegd. Hieronder vind je de lijst van deze extra eisen.

A: Antistatisch
AN: Malleolaire bescherming
CI: Isolatie van de zool tegen kou
CR: Snijweerstand
E: Energieabsorptie-capaciteit van de hiel
FO: Koolwaterstof-bestendigheid van de buitenzool
HI: Isolatie van de zool tegen warmte
HRO: Hittebestendigheid van de buitenzool
M: Metatarsale bescherming
P: Weerstand tegen doorprikken
WR: Weerstand tegen het binnendringen van water in de hele schoen
WRU: bestand tegen indringing en waterabsorptie van bovenliggende materialen

Waar staat SBP voor?

De SBP-vereisten zijn alle SB-vereisten inclusief de perforatie-weerstand (P).

Waar staat S1 voor?

De S1-vereisten zijn alle SB-vereisten inclusief gesloten rug, antistatisch (A), energieabsorptie van de hiel (E) en koolwaterstof weerstand (FO).

Waar staat S1P voor?

De S1P-vereisten zijn alle S1-vereisten inclusief perforatie-weerstand (P).

Waar staat S2 voor?

De S2-vereisten zijn alle S1-vereisten inclusief weerstand tegen indringing van absorptie van water (WRU).

Waar staat S3 voor?

De S3-vereisten zijn alle S2-vereisten inclusief perforatie-weerstand (P) en een geïsoleerde buitenzool.

De perforatie-weerstand (P) is een belangrijke vereiste geworden. Daarom zijn er nu meer S1P dan S1 modellen. Hetzelfde geldt voor SBP-modellen, die vaker voorkomen dan SB.

Waar staat SRA voor?

Bij SRA is de slipweerstand getest op een keramische vloer met toevoeging van natriumlaurylsulfaat (NaLS), dat kan worden beschouwd als een reinigingsmiddel.

Vereisten bij SRA:

  • Hak naar voren: eis van de norm is 0,28 of hoger.
  • Vlak naar voren: eis van de norm is 0,32 of hoger.
Waar staat SRB voor?

Bij SRB is de slipweerstand getest op een stalen vloer met toevoeging van glycerine, dat kan worden beschouwd als olie.

Vereisten voor SRB:

  • Hak naar voren: eis van de norm is 0,13 of hoger.
  • Vlak naar voren: eis van de norm is 0,18 of hoger.
Wat is SRC?

Bij SRC worden de SRA- en SRB-tests op dezelfde manier uitgevoerd, maar met verschillende verwachtingen van de resultaten.

In beide gevallen wordt de schoen gekanteld tot een hoek van 7° en vervolgens onderworpen aan een kracht van 500 N, met toevoeging van natriumlaurylsulfaat (SRA) of glycerine (SRB).

Om de basisnorm (SB) te krijgen, moet een van de twee markeringen SRA of SRB worden verkregen. Daarom wordt slipweerstand als een basisvereiste beschouwd, tenzij de schoen een specifiek model is met spikes, metalen noppen etc. Veiligheidsschoenen met een zogenaamde ‘traditionele’ zool moeten ten minste voldoen aan de slipweerstand-normen SRA of SRB.